Artikel



Waterklankbeelden en kwantummechanica

Kwantummechanica is tegenwoordig een hot item. Vooral door films zoals ‘What the Bleep do we (K)now…?’ is kwantummechanica onder het grote publiek verspreid geraakt. Gelukkig wel want deze tak van wetenschap laat in feite zien dat bewustzijn een grote rol speelt in toeval. Echter, hoeveel kijkers hebben werkelijk iets begrepen van hetgeen ‘What the Bleep…’ ons duidelijk wil maken? Hoeveel mensen begrijpen überhaupt hetgeen kwantummechanica behelst? En is het eigenlijk wel te begrijpen? Of is het zoals Fred Alan Wolf in de eerdergenoemde film stelt: ‘eenieder die zich in kwantummechanica heeft verdiept en niet compleet gek is geworden, heeft het niet begrepen…’ Iedereen die zich in deze materie heeft verdiept zal gaandeweg het gevoel krijgen steeds verder en dieper in dit ‘konijnenhol der kwantummechanica’ te verdwalen zonder de hoop te koesteren de uitgang ooit weer te zien. Inderdaad, om gek van te worden...


What the Bleep do we (K)now...?


Maar goed, over tot de orde van de dag. We hebben het over kwantummechanica en wat dat eigenlijk inhoud. Laten we eens zien of we in gewone mensentaal kunnen begrijpen waar dit over gaat:

Stel je hebt een microscoop waarmee je het te bestuderen object tot in het oneindige zou kunnen vergroten. En stel dat je en stukje steen onder de microscoop zou leggen. In eerste instantie kun je nog gewoon het stukje steen als steen onderscheiden, maar hoe meer je inzoomt, des te sciencesfictionachtiger het beeld wordt. Zo wordt de oppervlakte van het stukje steen al snel een grillig kristallen rotslandschap dat op een buitenaardse planeet niet zou misstaan. Al inzoomend kijk je steeds dieper in de wereld van het stukje steen om uiteindelijk uit te komen bij de bouwstenen van alle materie: het atoom. Je zou het atoom kunnen beschouwen als het kleinste stukje materie. In het midden van het atoom bevindt zich de atoomkern. En om die atoomkern draaien – afhankelijk van het atoomnummer van het betreffende atoom - een aantal elektronen. Deze elektronen draaien vervolgens met zeer hoge snelheid om de atoomkern heen. Zo snel dat een enkele elektron de illusie kan wekken dat er een wolk van elektronen om de kern heen draait. Als we vervolgens verder op de atoomkern inzoomen, dan zien we dat deze kern bestaat uit protonen en neutronen. En zo zoomen we steeds verder in tot we op het moment aan belanden dat we eigenlijk ‘niets’ meer zien. Hetgeen we dan waarnemen zijn uitsluitend deeltjes met golfgedrag en golfjes met deeltjesgedrag. En die deeltjes/golfjes kunnen zich ook nog eens een keer tegelijkertijd op twee of meer plaatsen in het universum bevinden… Om een lang verhaal kort en duidelijk te houden en niet geheel in het konijnenhol te verdwalen, kun je stellen dat alles om ons heen zijn eigen unieke trilling (frequentie) heeft. Alles in dit onmetelijke universum bestaat uit trillingen. Zo is de bloem in de vaas opgebouwd uit atomen met ieder hun eigen trilling. En al die atomen zijn op een dusdanige manier gerangschikt zodat ze tezamen een interferentiepatroon vormen. Interferentie is de gezamenlijke werking van meerdere trillingen, frequenties of golven op dezelfde tijd en plaats. Met andere woorden: je laat elke seconde een steentje in een regenton met water laat vallen. De steentjes veroorzaken golfjes en doordat de golfjes tegen de buitenwand van de regenton weer naar het midden worden weerkaatst, versterken de golfjes elkaar op bepaalde plaatsen terwijl op andere plaatsen de golfjes elkaar opheffen. Het resultaat is een interferentiepatroon van golfjes. Zo is de bloem in de vaas opgebouwd uit atomen met verschillende frequenties met als eindresultaat een driedimensionaal interferentiepatroon die ons oog als bloem waarneemt.

Frequenties dus. Alles om ons heen heeft een unieke frequentie, een unieke trilling. Ook het menselijke lichaam werkt met frequenties en vanzelfsprekend ook de in het lichaam aanwezige hersenen. Als voorbeeld nemen we hersengolven. Hersengolven variëren van 0.5 tot 38 Hz en zijn onderverdeeld in vier groepen:

  • Delta-golven:
    0.5 tot 4 Hz (diepe slaap)

  • Theta-golven:
    4 tot 8 Hz (diepe trance, dagdromen, lichte slaap)

  • Alfa-golven:
    8 tot 14 Hz (geestelijk ontspannen, luisteren naar muziek, mediteren, wandelen, etc.)

  • Beta-golven:
    14 tot 38 Hz (actieve staat van de hersenen bij o.a. werk, discussie, etc).

Nou is het natuurlijk leuk om te weten dat je hersenen in verschillende staten van bewustzijn verschillende frequenties gebruiken, maar wat heb je aan deze kennis? En hoe moet je bijvoorbeeld 22 Hz voostellen dat ergens in het Beta-golven bereik ligt als je actief ergens mee bezig bent? Is het op een of andere manier mogelijk om bijvoorbeeld die 22 Hz zichtbaar te maken? Het antwoord op deze vraag kan ik met een volmondig ‘ja’ beantwoorden. Het is inderdaad mogelijk om frequenties (geluid) voor het oog zichtbaar te maken.

Begin 19e eeuw deed Ernst Florenz Friedrich Chladni (1756-1827) onderzoek naar trillingen (frequenties). Chladni bracht met behulp van een strijkstok van een viool een dunne ijzeren plaat in trilling. Op deze plaat was zand gestrooid. Doordat de plaat met behulp van een strijkstok in trilling werd gebracht, ontstond er in het zand een geometrische patroon dat tot op de dag van vandaag nog steeds bekend staat als de zogenaamde ‘Chladni patronen’.



200 jaar later, in de jaren ‘50 en ‘60 van de 20e eeuw was het de Zwitserse wetenschapper Hans Jenny (1904 – 1972) die zich met hetzelfde als Chladni bezig hield alleen noemde hij het ‘cymatics’, afgeleid van het Griekse woord ‘kyma’ (golf) en ‘Ta Kymatica’ (zaken verbandhoudende met golven). Jenny heeft met diverse materialen geëxperimenteerd, variërend van water, olie, terpentine, vloeibare plastics, etc, etc. En al deze materialen heeft hij aan diverse frequenties blootgesteld. Dat deed hij door bijvoorbeeld net als Chladni fijn poeder op een metalen plaat of dun membraam te strooien welke hij vervolgens met behulp van een frequentiegenerator in een van te voren ingestelde trilling bracht. Zo ontdekte hij dat elke frequentie een ander beeld opriep en dat deze experimenten zich keer op keer lieten herhalen met elke keer hetzelfde resultaat. Wetenschap dus.



Het was eind 2004 toen ik het boek ‘Wasserklangbilder’ van Alexander Lauterwasser in handen kreeg. Een goede vriend waar ik op dat moment was liet mij dit boek zien. Aangezien ik al jaren geïnteresseerd was in alles wat met frequenties te maken had, heb ik met veel interesse het boek doorgebladerd. Dit was interessant materie. De volgende dag heb ik dit boek direct besteld. Na het boek en hetgeen er op internet over cymatics (waterklankbeelden) te vinden was uitvoerig bestudeerd hebbende, ben ik zelf maar eens aan het experimenteren geslagen. Dat was zomer 2005. Nu, anderhalf jaar later, bestaat mijn archief uit duizenden foto’s van ‘bewegend water’. De geometrie van geluid gevangen in water. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad voordat ik er uiteindelijk in geslaagd ben om het resultaat te bereiken dat ik wilde: prachtige foto’s die de verborgen geometrie van geluid weergeeft. Weet je nog dat ik het eerder over had over de hersenfrequentie van 22 Hz? De volgende afbeelding is een waterklankbeeld van 22 Hz.


De frequentie van 22 Hz is in dit waterklankbeeld zichtbaar gemaakt.
De vloeistof – water in dit geval – vibreert met 22 trillingen per seconde
hetgeen dit beeld als interferentiepatroon geeft.


Alles om ons heen bestaat uit een frequenties, of beter gezegd: een interferentiepatroon van verschillende frequenties. Elke ziekte dus ook. Als je ziek bent wil dat niet meer of minder zeggen dat er ergens in het interferentiepatroon dat ons lichaam uiteindelijk is, een disharmonie is opgetreden. Ergens is een frequentie die niet lekker met de rest van het lichaam resoneert. Het resultaat is een verstoring in je ‘frequentiehuishouding’. Zie je lichaam als een piano. Als alle snaren (frequenties) in de piano (het lichaam) goed gestemd zijn, kan een geoefend pianist op deze piano prachtige harmonieus muziek produceren. Laat de beste man vervolgens nog eens op de piano spelen nadat iemand lukraak een aantal snaren van deze piano te strak of te slap heeft gezet. Herrie genoeg maar harmonie is ver te zoeken. De piano is ‘ziek’ en dient gestemd te worden. Zo ook het menselijke lichaam. Ook daar kunnen een of meerdere ‘snaren’ (frequenties) ontstemd zijn. Eigenlijk zou er een ‘pianostemmer voor het menselijke lichaam’ moeten zijn. Royal Rife (1888 – 1971) was zo’n ‘pianostemmer’. Het was in 1920 Rife zijn de eerste virusmicroscoop bouwde. Rond 1933 had Rife de technologie van zijn complexe en uit 6.000 onderdelen bestaande ‘Universal Microscoop’ zo geperfectioneerd, zodat hij als eerste mens ter wereld in staat was om levende virussen tot 60.000 maal te vergoten en te bekijken. Dit in tegenstelling tot de moderne elektronenmicroscoop die direct alles dood wat eronder ligt, doodde de ‘Universal Microscoop’ van Rife de virussen niet. Daardoor kon Rife precies zien hoe een virus zich ontwikkelde tot bijvoorbeeld een tumor en was hij in staat talloze virussen te onderzoeken en de bijbehorende frequentie van deze virussen op te tekenen. Rife vond een radionicatechnologie uit waarmee hij destijds al vijftien soorten kanker en ongeveer vierhonderd virale, bacteriële of door schimmels veroorzaakte aandoeningen kon genezen. Hij was in staat om deze ziektes te genezen, puur door er een of meerdere tegenfrequenties op het virus los te laten. Een eenvoudig aspirientje werkt precies hetzelfde. Aspirine bevat een tegenfrequentie van pijn. De frequentie van een aspirine heft de frequentie van pijn op zodat er geen pijn meer wordt waargenomen. Beter is het natuurlijk de oorzaak van de pijn te achterhalen om die op te lossen. En zoals het in de reguliere geneeskunde gebruikelijk is, werd ook Rife destijds voor gek verklaard en is er alles aan gedaan om deze man het leven zuur te maken. Doktoren die met Rife samenwerkten, werden bedreigd. Immers, een patiënt genezen is namelijk een klant minder, iets dat de miljarden verdienende farmaceutische industrie liever niet ziet. Ziekte is handel.

Buiten Chladni en Jenny heeft ook de Japanner Masaru Emoto (1943) goed werk verricht om frequenties zichtbaar te maken, echter op een geheel andere manier dan Chladni en Jenny. Wat Emoto doet is het volgende: hij neemt twee flesjes met identiek water. Op het ene flesje plakt hij een etiket met bijvoorbeeld het woord ‘haat' en op het andere flesje plakt hij een etiket met het woord ‘liefde’. Door eenvoudigweg een woord op een flesje water te plakken (en de intentie waarmee dit gebeurt), wordt de kwaliteit van de kristalvorming beïnvloed. Vervolgens vriest hij het water gedurende een bepaalde periode in waarna het water wordt ontdooid. Tijdens het ontdooien zijn er enkele seconden waarin er foto’s van de waterkristallen gemaakt kunnen worden. Het resultaat is verbluffend. Het water met daarop het woord ‘liefde’ laat een schitterend geometrisch kristal zien terwijl het water dat aan het woord ‘haat’ is blootgesteld een zeer lelijk kristal laat zien. Daarbij dient wel aangetekend te worden dat er van elk monster diverse foto’ genomen. Water heeft een geheugen. Water heeft de eigenschap om informatie (frequenties) op te slaan. In 1988 ontdekte de Franse immunoloog Jacques Beneviste al dat water een geheugen had, dit terwijl hij aan wilde tonen dat homeopathie niet zou werken. Het tegendeel bleek waar te zijn. Water heeft een geheugen. En aangezien het menselijke lichaam voor het grootste gedeelte uit water bestaat, is het van belang eens stil te staan bij de gedachten die je dagelijks hebt. Negatieve gedachten hebben een negatieve en vernietigende uitwerking op de waterhuishouding van het lichaam. Positieve gedachten een positieve en helende werking op het lichaam. Vandaar dat het van groot belang is om positief te denken.

Klik hier voor de website van Masaru Emoto


Momenteel ben ik bezig met de voorbereidingen van een boek over waterklankbeelden. Dit boek zal eind 2007 verschijnen en heeft de bedoeling om aan de hand van prachtige kleurenfoto’s de wereld om ons heen beter te leren begrijpen. Een wereld die uitsluitend bestaat uit frequenties, uit een oneindig scala van interferentiepatronen die het menselijke lichaam met haar beperkte vijf zintuigen vertaald als ‘vaste’ materie. Een materiele wereld die eigenlijk niet als ‘echt’ bestaat maar uitsluitend als interferentiepatroon van frequenties is waar te nemen. Een wereld waarin jij als waarnemer ook nog eens je eigen waarneming beïnvloed. Een wereld die eigenlijk bestaat uit deeltjes met een golfgedrag en golven met een deeltjesgedrag die ook nog eens op twee of meer plaatsen tegelijk kunnen zijn. Een wereld die eigenlijk net als de rest om ons heen uit niets anders dan hologrammen bestaat. Licht dus. Welcome to Holodeck Earth. Welcome to the world of quantum fysics…

Robert Boerman © 2007



Dit artikel is eerder verschenen in Frontier Magazine 13.1